Zet je bril op

We zitten in de donkere dagen voor kerst en dat is blijkbaar niet goed voor mijn ogen. Ik was me er nog niet zo van bewust, maar mijn huisgenoten des te meer. Leest u maar even mee: (en zet uw bril op)

“Zeg mam, zie jij wel goed?”
“Ja hoor, hoezo?”
“Je neus raakt nog net niet het scherm van je telefoon!”

“Hahaha leuk hoor, ik moest gewoon even iets belangrijks checken. En dan wil ik geen foutjes maken.”

“Zet dan gewoon je bril op.”

Tja, die bril. Op zekere leeftijd moet je wel, anders zie je helemaal geen snars. Ik weet het. Maar zo’n ding maakt je meteen tien jaar ouder. Vooral als je er nooit een gedragen hebt. Voor je het weet staat ie op het puntje van je neus. Zo wil je echt niet gezien worden. Veel dames van mijn leeftijd denken er net zo erover. Al missen we wel eens een verkeersbord langs de weg en rijden we af en toe door rood; zet ons in een drukke winkelstraat en dat ene afgeprijsde merktruitje pikken we er onmiddellijk uit. Net als dat Ieniemienie spinnetje in de hoek aan het plafond.

De enige bril die wij in het openbaar dragen, is een zonnebril. Die planten we bovenop onze kop. Zo houden we het haar uit onze ogen en zien we meteen een stuk beter. Voor het ontcijferen van de menukaart in het restaurant gebruiken we de zaklamp en het vergrootglas op onze telefoon.

Ondertussen groeit het aantal onleesbare formulieren in mijn mailbox gestaag. Hé wat staat daar nu weer? Verdorie, waar is die bril als je hem hebt? Nergens te vinden natuurlijk.

“Jongens, heeft iemand mijn bril gezien?”

“Uh mam? Die staat op je neus.”

Nee maar, het is nog waar ook. Niks van gemerkt. O mijn god! Heb ik de hele middag zo door het winkelcentrum gelopen?!  Maar waarom kan ik dit dan niet lezen?
“Serieus mam? Wordt het dan niet eens tijd voor een nieuwe?”
“Welnee, zo oud ben ik toch nog niet? Laat ze die letters gewoon wat groter maken, hier krijg ik schele hoofdpijn van.”

“Dan moet je echt naar de oogarts mam.”
“Ik zie nog best.”
“O ja, wat staat er dan?”
“Doe het licht eens aan. Het is hier veel te donker. Even wachten hoor… ha daar is m’n vergrootglas: ‘GRATIS BRIL IN DECEMBER’. Nou, dat moest ik dan maar doen hè?”

“Heb je dit ook gelezen, hier onderaan, bij die sterretjes?”
“Sterretjes?”
“De aanbieding geldt alleen als je eerst een bril koopt. Dan krijg je de tweede gratis.”
“Wat moet ik met twee brillen? Geef mij maar een zonnebril cadeau.”

“Mam, het is winter.”
“Zeg wijsneus, haal jij liever die vlek uit je blouse.
“Welke vlek?”
“Daar, bij het randje onderaan de zoom, precies in de vouw. Zit er trouwens al sinds gisteren.”
Zoals ik al zei, ik zie nog best.