Stresskip

 Ons appelboompje hangt vol prachtige vruchten. Geen reden om je druk te maken, zou je denken. Toch ben ik behoorlijk zenuwachtig. Want er kan immers altijd van alles misgaan. Vraag maar aan mijn kinderen.

‘Stresskip!’ roepen ze als ik me weer eens onevenredig sta op te winden over de troep in huis. Of gil dat ze hun oortjes moeten uitdoen op de fiets. Niet dat er ooit iemand luistert. Voldoende ingrediënten voor een flinke portie stress. Dagelijks ben ik een zenuwinzinking nabij. Ze hebben het zwaar met mama.

De kleinste ongemakken drijven me tot waanzin. Helemaal nu ik blijf hangen in de overgang van vruchtbare vrouw naar uitgedroogd schepsel met allerlei bijkomende kwaaltjes. Zo kan ik bijvoorbeeld ook niks meer onthouden. Behalve de SUPER BELANGRIJKE zaken!

Zoals het afstuderen van mijn jongste appeltje. Inderdaad, hetzelfde kind dat in het afgelopen jaar vijf weken naar Thailand is geweest met daarvoor een kroegentocht door Dublin. Voor haar studie. Nachtenlang zat ik op, naast mijn telefoon met alle noodnummers onder handbereik. Voor het geval dát.

Daarna was het festivalseizoen, zomervakantie, herfstvakantie, kerstvakantie en voor mijn nietsvermoedende kind het besefte, was haar laatste half jaar al aangebroken. Waarin ze erachter kwam dat ze nog een eindstage moest doen en een onderzoek. ‘Loop niet zo te zenuwen mam, tijd zat.’

Het is dan drie maanden voor einde collegejaar en stageplaatsen blijken uiterst schaars. Op het allerlaatste nippertje (nadat ik op een haar na was ingestort) heeft ze opeens een afstudeerplek. Inclusief onderzoek en scriptiebegeleider. Tweeëneenhalve maand voor de deadline.

Het feestgebeuren wordt weer hervat (‘nog twéé-en-een-halve maand, tralala!’) en ik lig met drie maal daags twee paracetamol plus een doosje valium op bed om een beetje te kalmeren. Mijn kop ontploft van de druk en ik zie het niet meer gebeuren. Die blijft voor eeuwig thuis zonder diploma…

Drie weken voor tijd valt ook eindelijk het kwartje bij onze graduate. ‘Jeetje mam, ik ben echt zenuwachtig (really?!), ik kan er niet van slapen, het is zo veel, ik krijg die scriptie nooit af’, enzovoort. ‘Maar heel gek, ‘s nachts heb ik wel opeens heel veel energie. Denk dat ik die bipolaire stoornis van jou heb geërfd.’

Ik laat me echter niet van de wijs brengen. Moeders kunnen op zo’n moment heel goed focussen, in  de overgang of niet. Dat diploma moet en zal gehaald worden. Dus raap ik mezelf bij elkaar en sta ik aan haar zijde. Ik bied me zelfs aan als eindredacteur. ‘Jij gaat GVD die scriptie op tijd inleveren!’

Daar kreeg ik al gauw spijt van. Dag en nacht was ze aan het werk, want als het moet, kan ze bergen verzetten. Of mama een beetje wilde opschieten met meelezen, verbeteren en structuur aanbrengen? 100 + pagina’s exclusief de bijlagen.

Maar we hebben het gered! Ik glim van trots, en heel eerlijk, ook van opluchting. Deze kunnen we afstrepen. De euforie is van korte duur. ‘MAAAAM!!’ Ik herken dikke vette paniek aan haar toon. ‘Ik heb net iets opgezogen en het maakt zo’n gek geluid. Ik durf niet te kijken.’

Ze is boven haar kamer aan het stofzuigen. Voorbereid op het ergste haast ik me naar het rampgebied. Voorzichtig doorzoek ik de volle zak. Tussen de grijze vlokken vis ik een verkreukeld plastic zakje op. ‘Moest je me daar nou voor roepen?’

Verontwaardigd kijkt ze me aan: ‘Het had toch ook een heel eng beest kunnen zijn? Of iets héél belangrijks? Ik stond echt helemaal te shaken. Ik leek jou wel!’

Tja, wat kan ik ervan zeggen? Dit appeltje viel niet ver van de boom…

Copyright 2023 Wijkkrantnoord | Website: CreativeCompound