Het weer dit najaar… 

Door: Marco van der Sijpt 

We zitten al ruim in de tweede helft van het jaar besef ik met een schok. De klok is er een uur op achteruit gegaan maar het weer gek genoeg niet. We zijn aan het laatste deel van het jaar begonnen en toch staat de was buiten te drogen. Het zal oktober geweest zijn en het is 16 graden en dat is geen typefout. Dat is een weerrecord. Sinds het begin van de metingen. U kent het wel. We hebben het vaker gehoord dit jaar. Met een wasmand onder mijn arm haal ik het gedroogde wasgoed van het wasrek en loop naar binnen.

 Buiten staan de zonnepanelen te zoemen op het dak, binnen ligt de bank vol. Is het rolgordijn naar beneden zodat ze geen last hebben van de zon. Vier pubers en een afstandsbediening. Ze spelen een spelletje op tv. Leendochter zit in een zetel en kijkt een vlog op YouTube. Iets met mode of make-up. Of met paardrijden. Dat kan ook. 

Zonder op te kijken komt de bekende vraag wat we eten. Hoe laat we eten. Terwijl we toch altijd om 17.45 uur eten. Tenzij anders vermeld natuurlijk, maar dat is nu niet het geval. Het weekritme beheerst het gezin maar vervliegt als sneeuw voor de zon wanneer het weekend aanbelt. Dan fladdert het gauw weg en komt pas op zondagavond met een grote boog weer terug.  

Ondanks de warmte buiten voel ik binnen toch koelte. Niet overal schijnt altijd de zon en ook niet in mijn relatie. Figuurlijk gesproken dus. Daar dwarrelt zelfs natte sneeuw. Soms breekt de bewolking open en denk ik even een straaltje zon te zien. De zonnepanelen reageren en de opbrengstmeter slaat uit naar rechts. Heel even maar. Helaas. Ze heeft genoeg van mijn gedrag en smijt de deur dicht. Met diezelfde klap valt de naald van de opbrengstmeter terug naar links. Nul op de meter. We zullen weer op eigen kracht moeten draaien. Met een rilling zet ik de wasmand op de grond. 

Even verder in de tijd nu. Zoals ik dat wel vaker doe en ik neem u mee naar eind november. Sinterklaas al in het land. De pietenoorlog is weer geluwd en menig kinderschoentje wordt toch gevuld, ondanks dat er van alles mis gaat. En de zon schijnt. Niet buiten maar wel hier binnen. Mijn opbrengstmeter slaat naar rechts en klimt richting de 100. Ik pluk de vruchten van haar liefde en laat het me welgevallen. Ondanks dat ik nog steeds mijn nukkigheden en onhebbelijkheden heb, vertaalt zich dat niet, althans momenteel niet, in een bewolkte hemel maar in een stralend blauwe lucht. En een prachtige zon. Zij is mijn zon en ze straalt. 

We zitten samen op de bank en hebben net de kerstversiering opgehangen. Het begint al te schemeren maar met kaarsjes en gezellige verlichting vind ik dat niet zo erg. En zij blijkbaar ook niet. Ik besluit een poging te doen om het weer positief te beïnvloeden. Ik heb in de keuken zes mokken gevuld met warme chocolademelk. Ik heb er ook slagroom op gedaan en nadat zij haar slagroomsnor heeft afgeveegd, kus ik haar vluchtig maar gemeend op de mond. De vier pubers hier binnen, hebben niets in de gaten en blazen wolkjes stoom uit boven de warme melk. Buiten breekt de zon door.